Van praktijkvraag tot training die werkt, René Luisman over hoe we blijven ontwikkelen.
Hij leest evaluaties, ontwikkelt nieuwe trainingen én staat soms gewoon zelf voor de groep. René Luisman werkt sinds 2023 bij Jeugdformaat Academie als adviseur leren & ontwikkelen. Met zijn achtergrond in training en coaching is hij verantwoordelijk voor de inhoud en kwaliteit van het trainingsaanbod van Jeugdformaat. “Ik ben betrokken bij alles wat met ontwikkelen te maken heeft. Nieuwe trainingen schrijven, bestaande trainingen aanscherpen, trainers helpen om nog meer impact te maken… én vooral zorgen dat ons aanbod aansluit op de behoefte van de deelnemers.”
Ontwikkelen met de praktijk als uitgangspunt
Volgens René ontstaat een goede training nooit vanuit alleen beleid of een mooi idee. “Soms komt een vraag vanuit de organisatie, soms vanuit een school of gemeente. Maar voordat ik een training ontwikkel, ga ik eerst in gesprek met de medewerkers. Waar lopen zij tegenaan? Wat lukt al wél, en wat is nog lastig? Pas als ik begrijp wat er te leren valt, kan ik een training ontwerpen die ook echt effect heeft.”
Een concreet voorbeeld is de training Emotieregulatie. “De wachtlijsten binnen de GGZ lopen soms wel op tot een jaar of langer. Jongeren zitten dan zonder behandeling, en hulpverleners voelen zich soms gefrustreerd en machteloos. De praktijkvraag was wat je als hulpverlener in de tussentijd kunt doen. Vanuit daar zijn we in gesprek gegaan: Wat kun je doen als een kind snel boos wordt of veel spanning ervaart? Welke handvatten kun je ouders geven om hun kind te ondersteunen? En hoe ga je om met je eigen gevoel van machteloosheid of frustratie? Dat is waar een training begint. Niet in theorie, maar bij een echte situatie.”
“Een training is pas gelukt als iemand morgen al anders kan en wil werken”
Wat volgens René het meest veranderd is de laatste jaren, is de vraag naar effectiviteit. “Het gaat niet alleen om het vergroten van bewustzijn of het aanbieden van een inspirerende werkvorm. Gemeenten en organisaties vragen steeds meer om trainingen waarvan we weten dat het effect heeft. En terecht. Dus gebruiken we demo’s, checklisten, reflectiemomenten: deelnemers moeten niet alleen nieuwe inzichten opdoen, je wilt dat er in de praktijk iets verandert doordat dingen makkelijker of beter gaan.”
Daarom leest René zelf alle evaluaties. “Als iemand schrijft: fijn om mijn kennis weer even op te frissen, dan denk ik: dat is niet genoeg. Ik wil lezen: ik ga dit vanaf nu anders doen.” Soms betekent dat dat trainingen worden aangepast – of opnieuw opgebouwd. “De casuïstiek in de training Intimiteit en seksualiteit verandert door wat er in de maatschappij speelt. Zo hebben hulpverleners nu te maken met vraagstukken rondom seksuele diversiteit, inclusie en sexting. Dus passen we onze casussen aan, zodat deze relevant en herkenbaar zijn.”
Altijd testen in de praktijk
Nieuwe trainingen worden altijd eerst getest. “Dan let ik op de energie in de groep. Slaan deelnemers aan op de voorbeelden die we noemen? Als ik merk dat het niet voldoende aansluit bij hun dagelijkse werk, dan moet ik terug naar de tekentafel.” Inspiratie haalt René overal vandaan. “Een gesprek in de gang, een podcast, iets op tv. Als ik denk: dit raakt mij, dan raakt het straks ook een professional. Onze trainers hebben vaak veel creatieve ideeën om onze trainingen actueel en relevant te houden. Zo kwam een van onze trainers laatst met een Klokhuis-fragment waarin cowboys een ademhalingsoefening deden. Dat werkt perfect in onze training Emotieregulatie, omdat de humor goed aansluit op de belevingswereld van jongeren.”
Waar hij nu het meest trots op is? “Onze doorontwikkeling op de training Traumasensitief werken. We hebben daarin echt stappen gemaakt. Deze training bestaat uit meerdere dagdelen en we willen deelnemers stimuleren om ook tussen de bijeenkomsten met de lesstof aan de slag te gaan. Dus hebben we een deel van de theorie verwerkt in korte, interactieve modules. Zo ontstaat er tijdens de bijeenkomsten meer ruimte om casuïstiek uit te wisselen en ervaringsgericht te leren. Je wilt dat deelnemers na afloop van de training weten wat ze anders kunnen doen en hier ook vertrouwen in hebben opgebouwd.”

